28 dec 2021

Trips in paprika

Paprika & Pepers

Paprika & Pepers

In de zomer van 2021 heeft Biobest een enquête gehouden onder Nederlandse paprikatelers, over de ontwikkeling van trips en Orius laevigatus. Een van de inzichten was dat in januari 30% en in februari zelfs al 50% van de telers een groot tripsprobleem heeft. Verder zien we dat er daarom zeer grote aantallen Orius-Sytem ingezet moeten worden maar dat rond half mei bij veel telers de trips weer redelijk onder controle is.

Deze situatie lijkt bijna standaard geworden de afgelopen jaren. Vroeg in het jaar zeer veel trips, hoge aantallen geïntroduceerde Orius en rond eind mei is de trips redelijk onder controle. Dit lijkt, als je het zo leest, geen probleem. De hoge aantallen trips zorgen echter voor veel gewasschade en groeiremming. De benodigde aantallen Orius-System liggen hoog en zijn kostbaar. Ook het gevaar van bronsvlekkenvirus (TSWV) ligt altijd op de loer met grote tripsaantallen.

Hoe kunnen we het probleem met trips nu beter aanpakken? Dat is de grote vraag die zowel telers als adviseurs bezighoudt. 

Ontstaan van het tripsprobleem

De basis van het probleem is een tripspopulatie die veel te snel, voordat de biologie op gang is, op een veel te hoog niveau is, waardoor de situatie in de kas uit balans is. We hebben te maken met een tripspopulatie die zich generatie op generatie heeft aangepast en ontwikkeld op paprika. Hierdoor is ze door de jaren heen zeer effectief geworden. 

Aan het einde van de teelt zien we vaak dat de biologie wat wegvalt vanwege afname van daglengte en meer gebruik van chemische middelen tegen plagen als rups, bladluis en Nezara. De ontwikkeling van trips krijgt daardoor nog een extra duwtje in de rug. Tijdens de teeltwissel wordt alles gedaan om de overgebleven volwassen tripsen en tripspoppen af te doden maar de kans is groot dat een flink deel de teeltwissel overleeft.

Dit is duidelijk te zien op de vangplaten die bij de start van de teelt worden opgehangen. De volwassen tripsen die de teeltwissel hebben overleefd, duiken direct in de nieuwe plantjes. Als de daglengte toeneemt, zullen ook de overgebleven poppen uitkomen. Het gevolg is snel een startpopulatie trips. Deze populatie begint razendsnel te ontwikkelen waardoor er rond januari/februari al grote problemen zijn, terwijl de telers dan nog moet starten met de inzet van Orius.

Spuitcyclus

Als telers biologie willen inzetten, is het belangrijk om schoon te starten. Hierdoor starten paprikatelers traditioneel met een spuitcyclus. Hoe effectief dit is hangt af van de situatie. Veel factoren zijn van invloed op de werking van de bespuitingen zoals grootte van de plantjes, snel drogende omstandigheden (verwarmingsbuizen, doorbrekende zon), volume spuitvloeistof, rijsnelheid, manier van spuiten, resistentie tegen middelen, etc. 

Bij Biobest zijn we echter overtuigd dat meer spuiten niet vaak leidt tot een beter resultaat. Als je al gaat voorspuiten, doe dit dan beperkt en blijf geen weken achter elkaar spuiten.

Vangplaten

Uiteindelijk is het altijd de biologie die het probleem moet oplossen. We weten echter ook dat Orius-System pas goed op gang komt vanaf maart. We moeten daarom iets extra doen om de ontwikkelende trips zoveel mogelijk af te remmen.

Één van de maatregelen die Biobest adviseert is het preventief ophangen van gele vangplaten bij aanvang van de teelt. Elke vrouwelijke trips die op de vangplaat belandt zet vanaf dat moment geen eitjes meer af. In het verleden startten we meestal pas met het ophangen van vangplaten als het probleem er al was. Tomatentelers hangen inmiddels standaard al preventief vanglinten om witte vlieg te monitoren. Deze maatregel brengen we graag ook naar de paprikateelt, met gele vangplaten tegen trips.

Roofmijten

Roofmijten zoals Swirskii-System, Montdorensis-System en Amblyseius-System zijn niet direct trips opruimers. Ze zetten wel een rem op de ontwikkeling van tripslarven, door zich voornamelijk te voeden met het 1ste larvenstadium van trips. Om de kans te vergroten dat een jonge tripslarve gevonden wordt door een roofmijt is een goede verdeling van belang. Belangrijk is om de roofmijten zo snel mogelijk, in groten getale op zoveel mogelijk verschillende planten te verdelen. Hier wordt de rol van los strooien ook duidelijk. Door los te strooien kun je zorgen voor een goede verdeling. 

Nieuwe verpakking Orius-System

Na Macrolophus-System heeft Biobest ook voor Orius-System een nieuwe 100% recycleerbare verpakking gelanceerd. Door de gelbodem in het kartonnen potje, kunnen de roofwantsen vocht tot zich nemen tijdens het transport. Hierdoor komen ze in optimale conditie bij de teler aan. De roofwantsen zijn actiever en zwermen het potje uit, op jacht naar trips. Hoewel de verpakking is veranderd, blijft de draagstof en de uitzetstrategie hetzelfde. Het is aangeraden om Orius-System hoog in de planten uit te zetten in Bio-Boxen of op het blad. 

Samen op zoek naar een succesvolle strategie

Conclusie: we zijn met zijn allen op zoek naar de manier om trips op een acceptabel niveau te houden. Biobest raadt aan (hooguit) een korte spuitcyclus te doen, preventief veel gele vangplaten op te hangen, snel, veel en goed verdeelde roofmijten te introduceren én het gebruik van de verbeterde Orius-System. Hierdoor kunnen telers volgend seizoen weer stappen in de goede richting zetten van een succesvolle tripsbestrijding in paprika.